woensdag, oktober 25, 2006

Roodkapje bestaat!

Ik heb geen geld. En als met ‘geen’ het nulpunt wordt omschreven, tsja, dan heb ik nog minder dan geen geld.
Gezien ik student ben, heb ik daar ‘vrede’ mee. Zo pacifistisch als ik ben.

Logisch dat ik kwijtschelding heb gevraagd bij de gemeente dienst belastingen. Voor mij ook logisch dat dat wordt toegekend. Een half jaar na mijn verzoek –het gaat daar allemaal niet zo vlot- krijg ik het besluit: afgewezen.

“Uw netto-besteedbaar inkomen is hoger dan de voor u geldende kwijtscheldingsnorm. Hierdoor heeft u voldoende betalingscapaciteit om de belastingaanslag te betalen”.

De zin lees ik nogmaals door, kijk op mijn rekening, check mijn portemonnee en keer mijn spaarpot ondersteboven. Waar de opmerking ‘voldoende betalingscapaciteit’ vandaan komt is mij een raadsel.

Mijn administratie -als accountantzijnde heb ik aan hen een keurig, integer en overzichtelijk dossier gestuurd van mijn financiële situatie- pak ik erbij. Ik besluit ze te bellen om te vragen wat dan de voor mij geldende kwijtscheldingsnorm is.

“Ja, u komt boven de norm,” zegt ze me en noemt vervolgens het normbedrag. Wanneer ik kijk in de kolom inkomsten blijkt inderdaad dat ik boven die grens zit, maar dat komt omdat ik ook de lening van de IB-groep heb neergezet. Zouden ze mijn IB-lening als inkomsten rekenen? Ik vond het al zo onlogisch dat ik leningen ook bij mijn inkomsten moest neerzetten, maar dat ze er vervolgens ook nog mee gaan rekenen, dat gaat mij mijn pet te boven. Ze vertelt me dat ik ben afgewezen, omdat op mijn spaarrekening meer staat dan het bedrag van drie componenten, waar zij mee rekenen. Ik vertel haar dat het bedrag van mijn spaarrekening niet opweegt tegen het minbedrag wat op mijn gewone rekening staat. Per saldo sta ik drie tientjes in de plus. Maar dat maakt voor hen niets uit voor hun berekening.
Mij wel.

Nog voordat ik het doorhad, hadden we het contact verbroken. Ik pak mijn dossier erbij, tel de drie componenten bij elkaar op en zie dat ik bij lange na niet aan hun andere norm kom. Ik bel nogmaals.

Ditmaal vertelt een man wat mijn netto inkomsten zijn. Als ik dat wederom vergelijk met mijn inkomsten snap ik niet hoe ze hier op komen. Weer neem ik mijn IB-lening niet in de berekening op, in mijn optiek kan dit gewoon niet als ‘inkomsten’ gezien worden. Dan nog kom ik zo’n 300 euro tekort wat hij mij vertelt wat mijn netto inkomsten zouden zijn. Daarnaast noemt hij mijn netto huur. Een mooi begrip dat enkel uitgaat van de kale huur en subsidiabele kosten minus mijn huurtoeslag. De servicekosten rekenen ze er niet bij. Ik snap dat voor een berekening van de huurtoeslag deze kosten niet worden meegerekend, maar voor een berekening om te bepalen of ik ‘voldoende betalingscapaciteit’ heb, vind ik het uiterst merkwaardig dat hier niet naar wordt gekeken. Het drukt namelijk wel degelijk op mijn beschikbare liquiditeiten.

Meer informatie kan hij mij niet geven. Dan zou ik toch echt naar een andere afdeling moeten bellen. En die is er pas met een uur.

Een uur later hang ik weer aan de telefoon. Ik vraag ze hoe ze mijn aanslag hebben berekend. De uitgaven, gebaseerd op de huur en premie ziektekosten minus toeslagen en eventuele servicekosten, worden in mindering gebracht op mijn inkomsten. Vervolgens wordt er een norm in mindering gebracht en als dan per saldo een positief bedrag blijkt, dan heb je dus voldoende betalingscapaciteit. Dat klinkt nog enigszins rechtvaardig. Let wel, klinkt.

Tot mijn inkomsten wordt dus wél de IB-lening (een maximale lening van bijna 500 euro) gerekend en mijn huuruitgaven daarentegen worden gereduceerd tot slechts 15 euro. Tsja, met zo’n creatieve berekening kom je inderdaad op een voldoende betalingscapaciteit!
Op papier.

Zouden zij dan beweren dat Roodkapje ook bestaat?