handen ondersteunen
alles wat tussen oren zit
en de hoop lijkt alsmaar groter
echter niet die hoop waar ik voor bid
déjà vu
déjà vu
ken ik jou niet ergens van?
komt me vagelijk bekend wel voor
af aan kunnen we weer beginnen
als de afwas nu eens af was
als het af is ben ik blij
maar voordat ‘k opgelucht kan zijn
laat me voelen weer als vrij
déjà vu
déjà vu
ken ik jou niet ergens van?
komt me vagelijk bekend wel voor
af aan kunnen we weer beginnen
wapperende handen
het is een hels karwei
maar denk je dat je er van af bent
komt er weer ’n stapel bij
déjà vu
déjà vu
ken ik jou niet ergens van?
komt me vagelijk bekend wel voor
af aan kunnen we weer beginnen
en zo breng ik mijn leven door.
Over het wel & wee en lief & leed.
Over wat irrelevant is of lijkt te zijn.
Over afwas, wat af is, af was of nooit af zal zijn.
En op een dag werd ze wakker.
En ze besefte, dit zou vandaag wel eens kunnen zijn.
En zo geschiedde...
zondag, juli 22, 2007
donderdag, juli 05, 2007
Uit de kast
Dat gevoel dat je verliefd bent en dat je diegene graag wil zien, spreken, voelen, proeven and what so ever. Dagenlang spookt ze door je hoofd. Je kan aan niets anders denken.
En bij elk gezellig moment denk je ‘was zij er ook maar’.
En bij elk stress momentje denk je ‘was zij er ook maar’.
Wanneer je je verveelt.
En wanneer je je blij voelt.
Mijn verlangen naar haar werd steeds groter.
Was zij er ook maar.
En ik bezweek.
Een aantal van mijn vrienden verklaarden mij voor gek. Ze waren juist zo trots op me -en ik zelf ook- dat ik de laatste paar maanden zo trouw was gebleven aan die nieuwe relatie. Slechts vier maanden heeft dat mogen duren.
Maar een aantal wisten ook dat ze aantrekkelijk was en dat het moeilijk voor mij kon zijn haar te weerstaan.
Ze gaf me geen liefde, enkel genot.
Het begon met één slippertje met haar, maar al gauw volgden er meer.
En nu? Nu, zit ik weer met haar opgescheept.
Blij? Niet echt.
Opgelucht? Enigszins.
Zucht.
Ik geef het toe.
Eens een roker, altijd een roker.
(to be continued)
En bij elk gezellig moment denk je ‘was zij er ook maar’.
En bij elk stress momentje denk je ‘was zij er ook maar’.
Wanneer je je verveelt.
En wanneer je je blij voelt.
Mijn verlangen naar haar werd steeds groter.
Was zij er ook maar.
En ik bezweek.
Een aantal van mijn vrienden verklaarden mij voor gek. Ze waren juist zo trots op me -en ik zelf ook- dat ik de laatste paar maanden zo trouw was gebleven aan die nieuwe relatie. Slechts vier maanden heeft dat mogen duren.
Maar een aantal wisten ook dat ze aantrekkelijk was en dat het moeilijk voor mij kon zijn haar te weerstaan.
Ze gaf me geen liefde, enkel genot.
Het begon met één slippertje met haar, maar al gauw volgden er meer.
En nu? Nu, zit ik weer met haar opgescheept.
Blij? Niet echt.
Opgelucht? Enigszins.
Zucht.
Ik geef het toe.
Eens een roker, altijd een roker.
(to be continued)